Derde column
De vorige column eindigde met:
‘Waarom niet meer in discussie gaan met mensen die de uitverkiezingsleer verkondigen ?’
Ik wil hem nog iets breder trekken:
‘Waarom überhaupt in discussie gaan?’
Ik geloof dat de Bijbel van het eerste tot het laatste woord het onfeilbaar Woord van God is.
Op mijn 13e ben ik eens onaangenaam verrast door een medecatechisant met wie ik altijd trouw dezelfde catechisatiegroep bezocht.
We spraken samen over de Bijbel.
Ik: ‘de Bijbel is het Woord van God, ik geloof alles wat daarin staat.’
Zij: ‘hè, dat geloof je toch niet ? Ik ga naar cattebak omdat het moet van mijn ouders, maar ik laat ze gewoon kletsen. Het gaat mijn ene oor in en het andere weer uit.’
Toen al ervoer ik hoe je hetzelfde kunt doen en toch totaal anders kunt zijn.
Ik was shockt.
Nu het positieve van deze column.
Ik ben aan het leren hoe je Schrift met Schrift moet vergelijken. De Bijbel legt zichzelf uit.
Daar hoort geen theoloog of kerkvader of formulier van (on)enigheid tussen te zitten.
De vorige keer ging het over de woorden haten en uitverkiezing, nu gaat het over in welke context lees je de Bijbeltekst.
Als je met Bijbelteksten aan cherry picking gaat doen krijg je de raarste dingen.
Misschien de gekste:
Er staat in Matteüs 27 vers 5: ‘En hij verhing zich’. In Lucas 10 vers 37 staat: ‘Doe gij evenzo’.
Nou lekker dan.
En deze op twitter van een medebroeder: ‘ Salomo zal wel druk geweest zijn met al zijn vrouwen’.
En ook: ‘wij mogen dat ook, meerdere vrouwen hebben, het staat in de Bijbel’.
En dat terwijl Jezus man en vrouw volkomen gelijk stelt en de vrouwen in de Bijbel eerder in Hem gaan geloven dan de mannen.
Omdat Hij heel anders met vrouwen omgaat als men toen in de Oosterse (en nu nog in de ultrarechtse Refo) cultuur gewend was.
Weet je dat slechts een betrekkelijk klein deel van de Bijbel rechtstreeks aan ons, de gelovigen uit de heidenen, geschreven is ?
Dat zijn de brieven van Paulus. Met de geheimen die Paulus onthult, completeert hij het woord van God (Kol.1:26) en bracht het tot volheid. Heerlijk dat Jezus gekomen is voor Zijn volk, de Joden, en dat later Paulus gekomen is om Jezus’ blijde boodschap nog eens uit te leggen aan ons heidenen.
Hierdoor kunnen we heel de Schrift verstaan, die in de praktijk een veelvoud beslaat van de brieven van Paulus, want heel de Schrift is voor ons (2 Tim.3:16). Vanaf de 1e bladzijde van de Bijbel, en ook op elke bladzijde, kunnen we de rijkdommen van het Woord, die daar verborgen liggen, opdiepen.