11e column. Genade
Deze keer ga ik verder in op de vrije wil van de mens.
Hoe verhoud zich dat met het verhaal in de Bijbel over de Pottenbakker en de klei?
Gaandeweg ben ik tot de ontdekking gekomen dat er in de Bijbel staat dat Jezus voor alle mensen hier op aarde de zonde gedragen heeft. Punt uit. Hoe groot of klein je zonden ook geweest zijn. Dit staat voorop. Gelovigen en christenen maken vaak wel verschil in de zonden die je doet.
Een beetje slecht praten over je collega of de buurman is niet erg. Iemand vermoorden is wel erg.
Wat nu zo verrassend is: de Bijbel maakt hier geen enkel verschil in. Zie de Bergrede in Mattheüs.
Het hangt er vaak helemaal vanaf in welk wiegje je geboren bent of je een ‘kleine’ of een ‘grote’ zondaar wordt. Je aanleg, temperament en karakter spelen daarnaast ook mee.
Als je in een evenwichtige omgeving opgroeit heb je minder kans om crimineel te worden. Maar dan moet ik gelijk aan de mannen in de Bijbel denken die bij David waren.
Het uitschot van de maatschappij, daar omringde hij zich mee.
Hij die later koning van Israël werd.
God serveert je nooit af, wat je ook gedaan hebt.
Nu ga ik natuurlijk niet pleiten om iemand dan maar een kopje kleiner te maken als je hem of haar niet mag. Zoals in de thrillers die ik in de vakantie gelezen heb of in de film van gisteravond.
Ieder van ons heeft een Adolf Hitler en een Corrie ten Boom in zich.
Het is aan ons voor wie we kiezen, onze innerlijke Hitler of onze innerlijke Corrie ten Boom.
Dat is aan ons in de mate waarin we vrij zijn en niet gebonden aan ons verleden.
Naar een psycholoog gaan om dat verleden te verwerken is daarin een verstandige keuze.
Dat vereist wel moed.
Het voelt voor mij soms makkelijker om de nare gevoelens heen te gaan dan om er doorheen te gaan. Maar met mijn God spring ik over een muur, Psalm 18 vers 30.
Het is zoveel makkelijker te schrijven en me af te zetten tégen iets dan om op een positieve manier te schrijven en te leven.
En dat vragen nu genade en liefde.
Want ik wil nu graag vertellen wat God wel is: Liefde.
En hoe zich dat uit naar mensen toe en tussen mensen onderling.
Wanneer handel je naar de Geest van God en wanneer niet? Hoe ver ga je met ruzie maken?
We leven mee met iemand die het moeilijk heeft en het is lastiger mee te leven met iemand die alles voor de wind gaat en gelukkig is. Dan komt er makkelijk jaloersheid en niet gunnen naar boven.
Weet je wat dan zo mooi is, God heeft ook die negatieve gevoelens gemaakt. Had je niet gedacht hé!
Laat ze maar toe, kijk ernaar. Dat is genadig zijn naar jezelf toe.
En wat merk je dan? Dat hetgeen waar je jaloers op bent daar verlang je zelf vaak naar. En daar mag je mee aan de slag, zo mooi.
God is Hij die leven voortbrengt, ja, zo voel ik dat. En Zijn ogen gaan over de hele aarde, zoekend wie Hij gelukkig kan maken. Nou, Hij mag mij gelukkig maken.
Tot slot, bij het denken aan de genade van God ploppen er spontaan liederen omhoog.
Opwekking 425.
Er is geen grens aan de liefde van Jezus,
Zijn gunstbewijzen houden nooit op.
Zij zijn nieuw elke morgen,
nieuw elke morgen.
Groot is uw trouw, o Heer, mijn God.
Groot is uw trouw, o Heer.
Opwekking 369.
Door Uw genade Vader, mogen wij hier binnengaan,
Niet door rechtvaardige daden, maar door het bloed van het Lam.
U roept ons in Uw nabijheid , en dankzij Uw Zoon, dankzij het bloed dat ons vrij pleit.
Komen wij voor Uw troon, komen wij voor Uw troon.